We hebben er zin in!

Donderdag

Nadat ik de vorige avond om 23.30 uur mijn laptop heb dichtgeklapt, gaat de wekker om 6.00 uur en zit ik om 7.00 uur in de auto richting Amersfoort. Ik zet me schrap: Ik heb een lange dag voor de boeg en in verband met een bijscholing is mijn rooster omgegooid en zit ik elke les in een ander lokaal. Ik heb er duidelijk zin in.
Helaas ben ik later dan gepland, want het was weer eens druk op de weg. Gauw wat kopiëren voordat de les begint. De koffie neem ik mee naar het lokaal, waar ik alvast mijn laptop aan het digibord koppel en de documenten klaarzet die ik voor die les nodig heb.
Havo 3 druppelt binnen. "Guten Morgen"! zeg ik opgewekt. De één bromt wat, de ander tuurt op zijn mobiel, er komt er één met de jas aan binnen en weer een ander loopt door zonder me aan te kijken en iets te zeggen.  Een enkeling zegt 'Goedemorgen'. "Guten Morgen", zeg ik nu iets nadrukkelijker. "Bitte die Handys in die Handytasche und deine Jacke ausziehen". Zuchtend wordt aan mijn wens voldaan. Ze hebben er duidelijk zin in.
Ik leg uit dat we vandaag, zoals beloofd, een proeftoets doen ter voorbereiding op de repetitie morgen. En dat we doen alsof het een echte toets is, dus ieder werkt voor zich en er wordt niet overlegd. Iedereen heeft de toetsstof geleerd, het doel is te kijken wat je wel en niet beheerst en waar nog vragen over zijn of uitleg nodig is. Ze kijken me glazig aan. Zuchtend beginnen ze. Ze hebben er duidelijk zin in.
Ik kijk de klas rond. Er wordt gestaard, leerlingen kletsen wat met elkaar, overleggen, zitten achterom. Regelmatig spoor ik ze aan tot werken.
Na een tijd ben ik het zat en begin aan een preek, waarvan ik nu al weet dat het geen enkele zin heeft, maar ik moet mijn frustratie even kwijt. Tenslotte is dit niet de eerste les, waarin ze niet vooruit te branden zijn. Ik besluit mijn preek met de mededeling dat ik er van uit ga dat ze morgen allemaal een voldoende halen, kennelijk hebben ze de proeftoets niet nodig.

Afbeelding van internet
De motivatie straalt er nog steeds niet van af, maar het lijkt er op dat ze voorzichtig aan het werk gaan.
Na de les heb ik pauze en wil alvast mijn spullen klaarzetten in een ander lokaal, die echter al bezet wordt door een collega. Ah, een dubbele planning. Dus........òp naar de roosterkamer voor een ander lokaal.
Als het geregeld is, is mijn pauze voorbij.

Mijn volgende havo 3 klas zet ik in groepjes aan het werk. Na de instructie en veel aansporing (ze hebben er duidelijk zin in), gaan ze aan het werk. "Mevrouw, wat moet ik doen?" "Heb je het al aan je groepje gevraagd?" "Die willen het niet vertellen!" Even uitleggen wat samenwerken ook alweer inhoudt.

Vervolgens staat mavo 2 op mijn rooster, lokaal onbekend. Ik zie de bui al hangen. Als ìk het niet weet, weten de leerlingen het ook niet. Ik ga weer naar de roosterkamer en zoek vervolgens mijn leerlingen op. Een klein clubje vind ik in de arena. Ik vraag ze met mij mee te gaan en de andere leerlingen te bellen of in de groepsapp te laten weten waar ze moeten zijn.
Op de belletjes en de app mededeling wordt niet gereageerd. Die hebben er duidelijk zin in. Het selecte groepje leerlingen zet ik achter de computer, waar ze aan opdrachten gaan werken.
Twintig minuten voor de les eindigt meldt een aantal leerlingen zich alsnog en ben ik in discussie over al dan niet absent melden en wederzijdse verwachtingen bij onduidelijkheden.
Ik heb een half uur pauze, waarin ik mijn spullen alvast in het volgende lokaal klaar zet, ik nog even een leerling aanschiet en nog wat kopieer.
Er blijven 10 minuten over om een droge cracker naar binnen te werken.

Mijn  laatste les is een mentorles, een dynamische, stuiterende havo 3 sportklas. Er zijn veel kinderen die er niet goed voor staan en die ik wil spreken. De kinderen krijgen de keuze te werken aan verschillende opdrachten, terwijl ik ondertussen op de gang de individuele gesprekken voer.
Een paar keer moet ik het lokaal in om ze tot rust te manen. Zelfs met de helft van de klas is het nog onrustig.
Als de les is afgelopen tref ik een puinhoop aan in het lokaal. Ik schaam me diep voor mijn collega die na mij komt en ga het lokaal opruimen.

Geen tijd voor reflectie, ik ga meteen door naar de bijscholing, waar ik te laat, moe en zonder zin midden in het voorstelrondje binnen kom.
Al snel word ik 'gepakt' door de trainer. Hij heeft er duidelijk zin. Ik observeer hem: hoe brengt hij de boodschap? Als het 'hoe' klopt, krijg ik het 'wat' vanzelf mee. Midden in een zin houdt hij op en kijkt me aan: "Jij kijkt heel erg hoe ik het doe hè?", zegt hij met een glimlach. Ik schrik, is het zo duidelijk? "Leuk", zegt hij en vervolgt zijn training.
In de pauze komt hij naar me toe en zegt dat ik hem enorm inspireer. "Je kijkt me continu aan en bent heel betrokken". Een cursist met een onafgebroken staar! Je moet er maar tegen kunnen als trainer.
Ondertussen glijdt mijn vermoeidheid langzaam van me af. De trainer inspireert mij ook en ik heb er duidelijk zin in zijn tips in mijn lessen toe te passen.

Om 17.30 uur kom ik thuis, laat de hond uit en eet in mijn eentje, want manlief komt laat thuis vanavond.
Dan zet ik me weer achter mijn laptop om een les voor te bereiden, een toets te maken en te solliciteren voor de taak van decaan voor de havo. Morgen is de deadline. Over het solliciteren op een taak wordt op onze school nogal krampachtig gedaan. Of zoals mijn leidinggevende zei: "Annet, je moet het niet zo rondbazuinen, want het is zo vervelend voor je als je het niet wordt!". Ik kom van een school waar men over sollicitaties heel open is. En dat is heel prettig. Als ik afgewezen word is dat niet omdat ik een slechte kandidaat ben, maar omdat een collega geschikter is voor die taak. En met die collega ben ik daarna nog even goede vrienden wat mij betreft. Hoog tijd dus voor een cultuurverandering, daar heb ik duidelijk zin in!

Om 22.30 uur klap ik mijn laptop dicht. Ik ben moe. Mijn maatje komt thuis, we drinken nog een wijntje samen en nemen de dag door alvorens we ons bed opzoeken.

Vrijdag 

De wekker gaat om 6.15 uur, maar ik ben al om 5.00 uur wakker. Nog moe en met hoofdpijn sta ik op.
Ik slik twee paracetamols en ben op tijd op school. Geen file dit keer gelukkig.
De dag begint met een gesprek met een leerling, zijn ouders en de zorgcoördinator. Gelukkig hoef ik het gesprek niet te leiden. Ik kan een beetje achterover leunen.
Na het gesprek heb ik pauze. Ik kan gewoon rustig mijn koffie drinken. Wat fijn!

Mijn gym 3 klas heeft een toets en als ze daarmee klaar zijn gaan ze een boek lezen.
Een heerlijk klasje, nieuwsgierig en met een fijne werkhouding. Ze hebben er duidelijk zin in.

Het volgende uur is voor een mavo 2 klas. "Hoi mevrouw, Goedemorgen mevrouw", klinkt het opgewekt. Als ik ze vertel dat ze op de computer opdrachten gaan maken, zijn ze enthousiast. Ze hebben er duidelijk zin in. Ik neem ze  mee naar het computerlokaal, alwaar niet voldoende goed functionerende computers staan. Een aantal leerlingen stuur ik naar de studiezaal en mediatheek, met de instructie zich om 12.00 weer te melden in de klas. En dat doen ze. Super!!


Ik geef ze de opdracht naar een website te gaan en een aantal optdrachten te maken. Eén leerling heeft de betreffende pagina in no-time gevonden. Ik ben blij verrast en prijs hem de hemel in. "Ga even de anderen helpen", zeg ik, want sommigen hebben nog niet eens de website gevonden. En daarmee zet ik meteen een tip uit de bijscholing in. De leerling straalt en hupt enthousiast van de ene naar de andere klasgenoot. Hij heeft er duidelijk zin in.

Dan heb ik een tussenuur. Heerlijk, even bijkomen. Ik ben moe en mijn hoofdpijn is niet gezakt, ergo, hij is erger geworden. Ik probeer het te negeren en ga nog wat werken: toetsen nakijken en mails beantwoorden.
De laatste les heb ik de havo 3 klas weer, die van de preek! Ze hebben een toets en dat komt goed uit met mijn koppijn. Instructies die ik op het bord heb gezet lees ik nog even voor: Denk aan de hoofdletters, lees de opdracht goed en lees de zinnen helemaal voordat je het antwoord invult.

"Mevrouw, ik begrijp die opdracht niet, is in het Duits". "Mevrouw, ik weet niet wat 'vandaag' is in het Duits, stond niet in de woordenlijst en was een woordje van vorig jaar". Ik geef nog even als hint dat ik elke les begin met: Vandaag is het.... in het Duits. "Maar dat kan ik toch niet onthouden, mevrouw?", zegt hij verontwaardigd.
Gefrustreerde zuchten vliegen door het lokaal.
Ze hebben er duidelijk zin in!

Als ze de klas verlaten hoor ik met enige regelmaat: "Dat is een dikke onvoldoende!" Enig leedvermaak kan ik niet onderdrukken. Ik hoop dat ze nog even aan mijn preek terugdenken.
Ik ruim mijn spullen op, veeg het lokaal schoon, doe de ramen dicht en ga naar huis. Moe, kapot en met een denderende hoofdpijn.
Om 20.30 uur lig ik in bed.

Zaterdag

Om 9.00 uur sta ik, nog steeds met hoofdpijn, op. Ik neem twee paracetamols en sla de krant open. Afschuwelijke aanslagen in Parijs. Mijn week was niet geweldig, maar ik krijg een nieuwe kans. In Parijs zijn er mensen die hun week niet meer kunnen navertellen.
Ik neem een lange warme douche. Het warme water laat de hoofdpijn in het afvoerputje wegvloeien. Nieuwe energie stroomt binnen. Ik ga de werkvormen uit de bijscholing uitproberen en ik ga opnieuw nadenken over hoe ik de motivatie van de leerlingen kan verhogen. Hoe ik mijn lessen zo kan organiseren, dat zij aan het werk zijn en niet ik.
Komende week: ik heb er duidelijk zin in.




Reacties

Populaire posts